Jazz Vignetten 2: De Jaren Dertig: Swing
https://www.concertzender.nl/programma/turkenburg_time_travels_701554/
2-1: Don Redman
Als trombonist raak je al snel gewend aan alle grappen die er over je instrument worden gemaakt. En ja, zo’n schuif die altijd druk heen en weer gaat, het grote mondstuk, het klokvormige uiteinde: de trombone heeft ook wel iets koddigs.
Dat mijn instrument een ‘schuiftrompet’ wordt genoemd, daar kunnen ze me echt kwaad meekrijgen. Wij waren er het eerst, wij waren er al in de middeleeuwen! In een jazzband spelen wij trombonisten op de oudste instrumenten die er zijn. Wat meer eerbied graag!
Waarom moeten wij altijd tegelijkertijd met de trompetten samenspelen? Gelukkig is er nu Don Redman. Een bigband leider die het aandurft om in zijn arrangement een ‘special’ voor ons trombonisten te schrijven. Eindelijk zijn wij trombonisten duidelijk en alleen met de ritmesectie te horen. Tet, tet, taa; tet, tet, te tadeda: ja erg spectaculair is het allemaal nog niet. Maar nu hoort iedereen eens hoe mooi trombones kunnen klinken. Wij trombonisten: in het centrum van de band!
Als trombonist in de band van Don Redman durf ik drie voorspellingen te doen. Alle bigbands ons nu nadoen. Het zal niet lang meer duren of elk arrangement bevat een ‘special’ voor trombones. Onze driemans-sectie zal spoedig worden uitgebreid met een vierde trombone. Een bastrombone, als het even kan…Als trombonist zit je midden in de band en om je heen kun je alles goed horen. Het zal niet lang meer duren of ook trombonisten worden succesvolle arrangeurs, net zoals al die pianisten. Wacht maar af…
- I got rhythm, 1932 / Hot and Anxious, 1932
2-2: Bennny Goodman Orchestra
Jazz, in de Carnegie Hall, in New York, in 1938
Onze muziektempel is toch alleen voor klassieke muziek? Deze zaal is voor Toscanini en de New York Symphonic! Brückner, Mahler en Wagner klinken nergens zo goed als hier. Oke, ik geef toe, ze klinken ook goed in het Concertgebouw in Amsterdam.
Big Band Jazz van Bennie Goodman, arrangementen van Fletcher Henderson. Dat hoort toch niet in onze zaal. En dan ook nog in de kersttijd. En niet een concert, nee een paar! En ze zijn al bijna uitverkocht!
Maar goed, buurman bankier gaat ook. Net als ik, buurman juwelier, is hij een gulle gever aan de Carnegie Hall Foundation. We gaan niet vaak, maar als we gaan dan willen we de beste plaatsen in de zaal. En die krijg je alleen als donateur. En je ziet en ontmoet nog wel eens iemand op de gang. De buurman heeft al gereserveerd en ik ga met de buurman mee. Niet vergeten mijn business kaartjes mee te nemen.
Oh, kijk: medeorganisator is John Hammond. Dat schept vertrouwen. Hij is gelieerd aan de VanderBilt familie, de rijkste familie van New York, zo gaat het verhaal. En kijk: het programma: heel leerzaam. Een overzicht van de jazz vanaf het begin tot nu toe. Dat is mooi want eigenlijk weet ik niet zoveel van jazz.
Het programma eindigt met de bigband van klarinettist en leider Bennie Goodman. Daar schijnt een luidruchtige drummer bij te zitten, ene Gene Krupa. Als de jongelui maar niet gaan dansen in de gangpaden….
- Don’t be that way, 1938 / O’Clock Jump, 1938 / Swing, Swing, Swing, 1938
2-3: Duke Ellington: Klankkleurwaterval
Het is 1940. Het Swing tijdperk is op z’n hoogtepunt. Pianist, arrangeur en orkestleider Duke Ellington zit achter zijn vleugel. Hij is aan het werken aan een nieuw arrangement. Hij denkt hardop na…
‘Tja, effectief hoor, alle trompetten tegelijkertijd hetzelfde loopje, dezelfde rif. Je kunt er een hele danszaal mee vullen. Zo kom je wel boven het geroezemoes van de dansers uit. Zelfs de saxofoons lukt dat. Maar dan moeten ze wel met z’n vijven zijn en flink hard kunnen blazen.
En ook de trombones: alle vier tegelijkertijd, dezelfde rif, en dan hoort je ze goed. Maar ja: zo heb je alleen maar driekleuren: Trompetten, hoog koper: witblauw; trombones: midden koper: okergeel; saxofoons: rieten: roodbruin.
Niet iedereen hoeft te weten dat ik vroeger schilder ben geweest van reclameborden. Ik ben ten slotte ‘Duke’, Duke Ellington. Ik weet maar al te goed dat je kleuren kunt mengen. Dus waarom niet de melodie door meerdere instrumenten te laten spelen? Kijk, als ik nu hoog begin en laag eindig, in een lange, dalende melodie de instrumenten uit de verschillende secties afwissel, dan krijg ik een klankkleur-waterval! Dat komt in de klassieke muziek ook veel voor. Waarom dan niet in de jazz?
Trouwens dat woord jazz bevalt me al helemaal niet meer. Kunnen we daar niet vanaf?
Klankkleur-waterval: dat is het! Even goed opschrijven in de partituur hoe ik het wil hebben. En met die nieuwe bassist Jimmy Blanton erbij heb ik nog meer keus. Niet meer dat lage geneuzel van de contrabas in de eerste posities, maar de prachtigste klanken over twee octaven en meer. En soleren kan Jimmy Blanton ook al uitstekend.
Klankkleur-watervallen maken door uit elke sectie, maar een of twee instrumenten te nemen en die de melodie in estafette vorm aan elkaar laten doorgeven: dat is het! En als ik dan zo alf en toe een hele sectie apart laat spelen, bijvoorbeeld een ‘special’ voor de trombones dan is het allemaal nog effectiever. Even al mijn ideeën in potlood opschrijven en morgen op de repetitie eens horen hoe het klinkt. Een mooie ‘feature’ voor trompettist 'Cootie Williams' erin. Ook al zo’n speler die een rijke schakering aan klankkleuren op zijn trompet heeft. ‘Concierto for Cootie’ lijkt me een mooie titel.
Het stuk voor bassist Jimmy Blanton noem ik ‘Koko’. Met ander lekkere lage klanken erbij. Daar ga ik ook de baritonsaxofoon voor gebruiken. Donkerbruin moet het kleuren. Klank… Kleur…Watervallen…’
- Concierto for Cootie,1940 / Ko-ko, 1940 / In a Mellow Tone, 1940 / Sepia Panorama, 1940 /Harlem Air Shaft, 1940 / Count Basie: Lester leaps in, 1939 / Count Basie: Taxi War Dance, 1939
./.
Turkenburg Time Travels, live 28 januari 2023, 14.00 uur, terug te beluisteren op www.concertzender.nl
Wilt u reageren? Ook erbij geweest toen het gebeurde? Mail naar