draadradio

Eerst...

Eerst was er kabelradio: oma had een bakelieten kastje aan de muur met een draaiknop die op zes standen kon worden gezet. Bij drie ervan kam er geluid uit die ene speaker in de kamer. Of een ernstige stem.

 

Toen kwam het kattenoog

Dat keek je streng aan dat kattenoog midden tussen de knoppen onderop. Met de ene draaiknop ging je van zender naar zender van steden zoals Stuttgard en Berlijn en Londen. Met de andere zette je het geluid hard, soms heel hard. Een mooi kastje was het op het dressoir. Later kon je er ook een platenspeler op aansluiten.

Overal

De transistorradio kwam in alle maten. Werkte op batterijen en kon dus mee op de steiger, naar de camping en op het strand. Niet tot ieders genoegen, maar wel erg handig. Ook handig: de radio in de auto.

Privé

Van gettoblaster op je nek tot iPod in het kleinste zakje van je broek. Met of een joekel van een koptelefoon op je hoofd tot haast onzichtbare dopjes. De iPod moest wijken voor de mobiele telefoon en de FM-zenders en cassettes legde het af tegen de playlists. Het einde van jazzradio in zicht

Digitale radio na 2020

Podcasts en toegewijde narrowcasting nemen het format van jazzradio over. De ontvanger is nergens meer opvallend te zien: computer in de werkkamer, tablet op de keukentafel, kastje naast het modem. En op een schermpje regel je wat, wanneer n waar je jazzadio wilt horen.

https://newjazzlistener.club/